Mei is een feestelijke maand met veel bloemen en bloeiende bomen, heerlijke zachte geuren in de lucht. Er is opeens een explosie van fris geelgroen en soms op het laatst een overvloed van witte bloemen. Ook alle dieren zijn volop bezig jonge vogels, bijen en vlinders. Deze maand is elk jaar anders, kan soms nog echt te koud uitpakken, maar vaak ook al een bijna zomers gevoel.

• Van 11 t/m 14 mei zijn de ijsheiligen. Daarna zal er geen nachtvorst meer zijn dus kunnen de vruchtgewassen naar buiten! Tomaten en pepers zijn al eerder gezaaid maar courgettes en pompoenen kunnen nu in de volle grond gezet of gezaaid worden.
• Beter nog dan voor zaaien binnen kun je ze buiten 2 weken voordien direct op de plek zaaien en er bij dreigende kou voor een nacht even een bloempotje overheen zetten.
• Plant zomerbollen zoals gladiolen en dahlia’s
• Vouw het loof van uitgebloeide bollen weg onder andere planten, zo kan de bol opnieuw aansterken
• Blijf wieden en bescherm jong blad tegen vreetbeestjes. Vang elke avond slakken weg en zet ze in het plantsoen voor de merels
• Wied zaaionkruiden voordat ze bloem krijgen en bedek vervolgens de bodem (=mulchen) met halfverteerd plantenafval of een dunne laag gemaaid gras
• Met het vele groene onkruid en de dorre stengels van het vroege voorjaar is een mooie composthoop op te bouwen. Juist de afwisseling van bruin en groen materiaal zorgt voor goede compost. Alles op handgrootte knippen bespoedigt het proces.
• Begin juni kunnen vaste planten nog getopt worden. Knip daarvoor de bovenste 10 cm af. De scheutjes in de onderstaand oksels gaan bloeien, de plant wordt compacter en je krijgt meerdere kleinere bloemschermen. Dit geldt voor bijvoorbeeld gulden roede, phlox, campanula, herfstaster, hemelsleutel.
• Zorg voor een opeenvolging van snijbloemen door verschillende bloemenplanten: vast (phlox, margriet) eenjarig (tuinridderspoor, goudsbloem), tweejarig (koekoeksbloem, judaspenning), bollen (tulp, gladiool), knollen (dahlia’s)